Familie Dothée


Deze familie van mijn schoonbroer Luc Dothée, is afkomstig van het dorpje Glons – in de vallei van Le Geer – gelegen net beneden de stad Tongeren in het Franstalig gedeelte van België. In de parochieregisters wordt telkenmale aangeduid uit welke 'Heerlijkheid/Seigneurie' de persoon afkomstig was. Glons bestond voorheen uit delen van vier seigneuries : Saint Laurent, Oborne, Saint Pierre en tenslotte Brus. Op de bijgevoegde kaart vind je : links boven Oborne en rechts onder Brus ( met in de rechter hoek het oude kerkhof ). Saint Pierre en Saint Laurent, kleiner in omvang lagen in het midden. De parochie registers vermelden ook de volgende 'gehuchten' : Brouck à Labay, Bas-Slins en Boirs. Haut-Vinâve ( later Basse-Sluse ) dat net boven Oborne ligt zal later na 1800 deel uitmaken van Sluse/Sluizen. Haut-Vinâve zal in 1961, bij het vastleggen van de taalgrens terug een deel worden van Glons.

Zoals in vele families heb je een beginperiode waar de men gehecht bleef aan zijn dorp en een latere periode, met de opkomst van de industrie, waar men 'emigreerde' naar de steden en uiteindelijk ook naar het buitenland. Glons waar de mensen vooreerst in de landbouw werkzaam waren kende een soort van industrialisatie toen men zich 'massaal' ging toeleggen op het verwerken van het riet om er strooien hoeden van de maken ( chapelier en paille ) – zeer uitgesproken vanaf 1750 tot eind 19° eeuw. In deze periode ook hebben we emigratie gezien naar Nederland, Duitsland en Frankrijk waar men – al dan niet tijdelijk – heen trok om deze strooien hoeden te maken of te verkopen. Een zekere 'pasteur Ramoux, le bon pasteur' – Luik 1750/Glons 1826 – heeft zich in Glons op vele wijze dienstbaar gemaakt, onder andere met het maken van een speciaal werktuig L'ustèye, dat de verwerking van het riet verbeterde. Een gedenkteken voor hem is voorzien aan de oude toren op de oude begraafplaats in Glons. Onlangs uitgevoerde opgravingen en restauraties op dit kerkhof hebben echter zijn graf niet aan het licht kunnen brengen.

Specifiek de familie van mijn schoonbroer kende de volgende periodes :
– landbouwers in Glons
– strohoedenmakers in Glons met oa. emigratie naar Frankrijk en Nederland – specifiek voor zijn tak naar Amsterdam en Parijs.
Zijn Oudvader
Mathieu Dothée – 1782/1864 - in Amsterdam en Mathieu Jacques Dothée – 1817/1885 – in Parijs hadden toonaangevende hoedenwinkels in deze beide steden. Zie hieronder de algemen tekst ivm de emigratie van strohoedenmakers uit de vallei van de Geer en wat er specifiek te melden valt voor deze twee takken Dothée's uit Amsterdam en Parijs.
- Zijn betovergrootvader Henri Nicolas senior
- 1823/1872 – geboren in Amsterdam, was strohoedenmaker maar ook burgemeester van Glons vanaf 1860 en later. Hij was gehuwd met Marie Thérèse Bleyfuesz, wiens broer dan weer burgemeester was van Dison. De familie Bleyfuesz is afkomstig van Duitsland en noemde daar Bleifüssen.
– Zijn overgrootvader Henri Nicolas junior – 1852/1914, die 'emigreerde' naar het Nederlandstalig gedeelte doordat hij als militair gelegerd in Tienen, gehuwd is met een 'Vlaams' meiske van Tienen. Dit luidde ook meteen een periode in van opeenvolgende Dothée's die het beste hebben gegeven in het Belgische leger – met ondermeer een generaal August Dothée - 1893/1972 –, erg verdienstelijk tijdens de meidagen in 1940 ( zie verder in de stamboom zelf ! ). Luc Dothée ook een beroepsmilitair is in Leuven geboren en woont nu in Wespelaar.

Voor de zijtakken in zijn direct lijn, graag deze personen vermelden :
– Een zus van Henri Nicolas junior – 1852/1914, Marie Thérèse huwt met Astère Denis. Die brengt de voornaam Astère in de familie. Tot nog op heden : broer en vader van Luc Dothée ; was boekhouder in Verviers maar opende ook de eerste officiële verplegingseenheid in België op basis van het gebruik van hypnose.
– uit de Amsterdams periode : kinderen van Mathieu Dothée - 1782/1864

Ene Franciscus Johannes Dekker
1812/1881 - , chocolade fabrikant en Hofleverancier in Nederland. Hij kreeg met zijn enige echtgenote Marie Elie Dothée 16 kinderen, een record in deze stamboom. Zijn halfbroer Johannes Anthonius heeft vier zonen die allemaal intreden bij de Jezuïeten in Nederland ( Frans, Leo, Paulus en Clemens ). Zijn waren actief in de periode van 1883 tot 1937 !
Nanette Dothée, zus van Marie Elie huwt met Carolus Heijman. Eén van haar dochters huwt met Filippo Tessaro een mede eigenaar van de zeer bekende kunsthandel Buffa in Amsterdam. Een andere dochter huwt met Egbertus Johannes Goseling. Hun zoon Carolus Goseling zal minister van Justitie worden ( 1937-39 ) en smartelijk overlijden in Buchenwald als gijselaar van de Duitsers – 1941.
– voor de franse tak : Mathieu Jacques
1817/1885 – en kinderen. Parijse periode.
Mathieu Jacques Dothée die de productie van de strohoeden verbeterde en twee patenten op zijn naam liet opschrijven.
Emile Dothée die afstudeerde als : ingénieur des arts et manufactures ( eerste titel van een franse ingenieur ) 1852-1911
Het tumultueuze leven van Henri Nicolas Marie – 1860/1928- en Fanny Adeline Anaïs Boubal. Henri was oa. zijdelings betrokken bij de bekende collaboratie zaak Turmel in 1917.

Voor de Dothée's in het algemeen, toch ook nog even vermelden (19° eeuw en later).
– ene Valérie Dothée ( verre familie ) gehuwd is geweest met Eugène Nihoul die als apotheker/scheikundige de stichter is geweest van de Belgische school voor de suikerindustrie in Glons – 1891; Deze school was vermaard tot ver buiten België !
– Een half-broer van onze hoger genoemde Henri Nicolas ( zeg maar die uit Tienen ) genaamd Joseph Dothée , priester is geworden en later pastoor van Dison – 1866/1931 –. Hij was de initiatief nemer voor het oprichten van een beeld van het Heilig Hart als dank voor het gevrijwaard blijven van grote ellende voor zijn parochie tijdens WO I.
– Jean Cosme Damien Dothée – 1807/1854 – na 1847 notaris was in Dison. Hij was zoon van Jean Joseph Dothée – 1770/1855 – die burgemeester was van Sluse/Sluizen.
– Walthere Tilkin, gehuwd met Marie Dothée – 1802/1864 – moet op het einde van zijn leven verzorgd worden in Geel. Hij wordt 'opgenomen' bij een landbouwer Carolus Bertels wonende op de Poiel; hij sterft er in 1871 op 71 jarige leeftijd. Opmerkelijk is ook dat hij geboren is op de laatste dag van de 18° eeuw !

Algemeen ivm emigratie naar Nederland ( ook naar andere landen ) van strohoeden makers : begin 19° eeuw

Economische motieven lagen aan de basis van de migratie van Belgische strohoedenmakers, die vanaf omstreeks 1800 naar Nederland kwamen. Deze industrie maakte vanaf het eind van de 18de eeuw een sterke groei door, waarbij in diverse grote Europese steden bedrijven werden gesticht door Belgische fabrikanten. Voor het stikken, vorm geven en afwerken van de strohoeden schakelden zij vaak land- of streekgenoten in. De strohoedenmakers waren vooral afkomstig uit de Belgische provincies Luik en Limburg, en dan met name uit het Jekerdal (Glons, Roclenge, Bassenge en Wonck).

Enkele heren met strohoed te Amsterdam, 1911
(Foto: Spaarnestad Photo).

Het waren hoofdzakelijk mannen die migreerden en de band met de geboortestreek bleef groot. De meeste van hen verbleven slechts tijdelijk als seizoenarbeider op Nederlandse bodem. Deze seizoensmigratie verliep volgens een vast patroon: Ter plaatse in de Jeker vallei in de herfst tot janauri bereidden de mannen het stro voor en de vrouwen vlochten het stro. Dan werd het materiaal opgestuurd en de mannen gingen voor vier à vijf maanden ter plaatse werken als seizoenarbeiders – februari tot juni. Sommige strohoedenmakers vestigden zich op den duur met gezin en al in Nederland of trouwden met een Nederlandse partner, waardoor het verblijf een permanent karakter kreeg.

In een overzicht van de Dothée's in de 18° eeuw willen we graag het volgende plaatsen

° Sommige jonge kerels zochten hun broodwinning als soldaat in het 'buitenland'. Bekend zijn de Waalse eenheden oa in Nederland. Nicolas Dothée – 1762/1783 – verging het echter niet goed daar hij op 21-jarige leeftijd overleed in de Philippine ( zeeland ). Hetzelfde lot was beschoren voor een kozijn : Michel Malpas – 1759/1783.
Andere werden verplicht dienst te nemen in het leger van Napoleon. Soms met goed geluk, soms overleden zij in het buitenland : Bayonne 1814 of Nicolas Dothée (1785/1809) overleden te Navalmoral-Spanje.

° Andere hadden publiek functies zoals :
– Hubertus Dothée – 1665/1716 – die notaris en schepen was in Glons.
– Henri Henrotte – 1778/1846 – gehuwd met Anne Dothée, dochter van Hubertus Dothée ° 1745. Met de opeenvolgende functies van : bij huwelijk 1806 instituteur primaire de Glons, in 1818 maire de Paive domicilié à Glons, 1823 en later schepen in Glons en burgemeester tot aan zijn overlijden in 1846. Zijn sierlijke handtekening vind je dus vaak onder de akten van deze periode.
– Jean Joseph Dothée – 1770/1855 – was burgemeester van de gemeente Sluse/Sluizen. Zijn moeder Maria Debrus was de dochter van Jean Joseph Debrus – 1691/1741 – de notaris die de opvolger was van onze Hubertus Dothée. De notaris akten van Jean Joseph Debrus zijn te bekijken in het rijksarchief in Luik !

° Dit koppel willen we ook graag voorstellen : Henri Dothée – 1742/1818 – en Ailid Dothée – 1736/1807. Zij hadden maar één zoon en hadden het geluk lang te leven. Hij was zoon van Tilman Dothée en Elisabeth Berleur. Dit laatste weten uit zijn overlijdensakte ( geboorteakte verloren gegaan ! ). Hij was regelmatig getuige bij huwelijken en overlijdens in de familie tot begin 19° eeuw. Doordat hij daar als nonkel werd vernoemd konden wij zo Tilman Dothée en Jacques Dothée als zijn broers bepalen. Als koppel met één kind werden zij ook vaak gevraagd als peter en meter... en zo werden ook bepaalde familieverbanden aangetoond. Nonkel Henri was dus heel nuttig om de Glons-puzzle met de verloren geboorteaktes te helpen oplossen ! Twee van zijn achter-kleinkinderen hebben nu nog een graf op de oude begraafplaats in Glons ( Tilman en Guillaume Henri Dothée )
In Glons was het toen de gewoonte dat zeer vaak peter en meter een getrouwd koppel waren.

° Ene Henricus Dothée overleden 10-9-1691 in Glons, toen weduwenaar en op hoge leeftijd wordt er zo mooi aangeduid als : Vir Bonus et Timens Deum (een goed man en godvrezend). In zijn nalatenschap zorgt hij voor een jaarlijkse mis in de kapel van Boirs en voor een verdeling van een som geld aan de armen uit zijn buurt !

° De winter 1746/1747 kende abnormaal veel overledenen in Glons .... bekende periode van epidemieën in Wallonië

° Interessant is ook de ouderdom waarop men ( voor de eerste maal ) trouwde in deze periode. Voor de 139 gehuwde personen geboren in Glons voor 1815 waarvoor we deze info hebben blijkt dat :
voor mannen. 6,3 % waren jonger dan 21 jaar.....30,2 % van 21 tem 26 jaar…...46,0 % van 27 jaar tem 34 jaar.......17,5 % 35 jaar en ouder.
voor vrouwen 2,6 % waren jonger dan 21 jaar.....44,7 % van 21 tem 26 jaar.......40,8 % van 27 jaar tem 34 jaar.......11,8 % 35 jaar en ouder.
Conclusie :
Maar 1 op 3 mannen is geneigd van 'jong-beneden de 27 jaar' te huwen ( gemiddeld rond de 23,5 jaar ), 2 op 3 doet dit later na 27 jaar gemiddeld dan rond de 32 jaar. Bij de vrouwen is helft om helft : de ene helft huwt redelijk jong gemiddelde op 24 jaar, de andere wacht toch redelijk lang – verkort de periode van voortplanting – rond gemiddeld 31,6 jaar.
Blijkbaar moet de man eerst een bestaanszekerheid opbouwen alvorens te kunnen huwen, de vrouwen daarentegen blijkbaar wegens angst van alle mogelijke problemen bij het baren van kinderen is geneigd van later te huwen. Dit laatste betekent samen met het grote kindersterfte – gemakkelijk 1 op 3 sterft 'jong', dan wel een rem op de bevolkingsaangroei .



Contents · Index · Surnames · Contact